Vertrouwde betekenis

trouwd wat bekend is en daardoor geruststelt Voorbeelden: 'een vertrouwde omgeving', 'Het voelt vertrouwd.' Synoniem: eigen Zie ook: vertrouwen Synoniemen: aannemelijk bekend betrouwbaar eigen overtuigd stellig volvertrouwen waarschijnlijk zeker vreemd (antoniem) Intensi. tr ou wd (bijvoeglijk naamwoord) 1 het vertrouwen bezittend: een vertrouwd persoon 2 goed bekend, op de hoogte: zich vertrouwd maken met 1 ver·tr ou ·wen (vertrouwde, heeft vertrouwd) 1 met zekerheid hopen: we vertrouwen erop dat 2 vertrouwen stellen: hij is.
  • Vertrouwde betekenis Vertrouwen 1) Betrouwbaar achten 2) Betrouwen 3) Bouwen 4) Confidentie 5) Ervan uitgaan 6) Fiducie 7) Fiductie 8) Geloof 9) Geloof hebben 10) Geloof in iemands eerlijkheid 11) Geloven 12) Hebben 13) Hoop 14) Krediet 15) Moed 16) Rekenen 17) Tellen.
  • vertrouwde betekenis

    Vertrouwd synoniem

    Woorden die (ongeveer) hetzelfde betekenen als ‘vertrouwd’, met toelichting en mogelijkheden om verder te zoeken. trouwd wat bekend is en daardoor geruststelt Voorbeelden: 'een vertrouwde omgeving', 'Het voelt vertrouwd.' Synoniem: eigen Zie ook: vertrouwen Synoniemen: aannemelijk bekend betrouwbaar eigen overtuigd stellig volvertrouwen waarschijnlijk zeker vreemd (antoniem.
  • Vertrouwd synoniem synoniemen van vertrouwd (Nederlands) op mijnwoordenboek. is een onafhankelijk privé-initiatief, gestart in
  • vertrouwd synoniem

    Definitie vertrouwde

    tr ou wd (bijvoeglijk naamwoord) 1 het vertrouwen bezittend: een vertrouwd persoon 2 goed bekend, op de hoogte: zich vertrouwd maken met 1 ver·tr ou ·wen (vertrouwde, heeft vertrouwd) 1 met zekerheid hopen: we vertrouwen erop dat 2 vertrouwen stellen: hij is. Vertrouwen 1) Betrouwbaar achten 2) Betrouwen 3) Bouwen 4) Confidentie 5) Ervan uitgaan 6) Fiducie 7) Fiductie 8) Geloof 9) Geloof hebben 10) Geloof in iemands eerlijkheid 11) Geloven 12) Hebben 13) Hoop 14) Krediet 15) Moed 16) Rekenen 17) Tellen.
      Definitie vertrouwde trouwd wat bekend is en daardoor geruststelt Voorbeelden: 'een vertrouwde omgeving', 'Het voelt vertrouwd.' Synoniem: eigen Zie ook: vertrouwen Synoniemen: aannemelijk bekend betrouwbaar eigen overtuigd stellig volvertrouwen waarschijnlijk zeker vreemd (antoniem) Intensi.
    definitie vertrouwde

    Wat betekent vertrouwd

    trouwd wat bekend is en daardoor geruststelt Voorbeelden: 'een vertrouwde omgeving', 'Het voelt vertrouwd.' Synoniem: eigen Zie ook: vertrouwen Synoniemen: aannemelijk bekend betrouwbaar eigen overtuigd stellig volvertrouwen waarschijnlijk zeker vreemd (antoniem) Intensi. vertrouwd I. bn. (1 het vertrouwen bezittend; 2 goed bekend, op de hoogte): 1. een vertrouwd persoon, bediende, vriend, op wien men zich verlaten kan; 2. hij is vertrouwd met dat werk; vertrouwd raken met; zich vertrouwd maken met; II. vertrouwde, m. en v. vertrouwden (intieme vriend of vriendin). Wat betekent vertrouwd tr ou wd (bijvoeglijk naamwoord) 1 het vertrouwen bezittend: een vertrouwd persoon 2 goed bekend, op de hoogte: zich vertrouwd maken met 1 ver·tr ou ·wen (vertrouwde, heeft vertrouwd) 1 met zekerheid hopen: we vertrouwen erop dat 2 vertrouwen stellen: hij is niet.
    wat betekent vertrouwd

    Betekenis van vertrouwd persoon

    I. bn. (1 het vertrouwen bezittend; 2 goed bekend, op de hoogte): 1. een vertrouwd persoon, bediende, vriend, op wien men zich verlaten kan; 2. hij is vertrouwd met dat werk; vertrouwd raken met; zich vertrouwd maken met; II. vertrouwde, m. en v. vertrouwden (intieme vriend of vriendin). trouwd wat bekend is en daardoor geruststelt Voorbeelden: 'een vertrouwde omgeving', 'Het voelt vertrouwd.' Synoniem: eigen Zie ook: vertrouwen Synoniemen: aannemelijk bekend betrouwbaar eigen overtuigd stellig volvertrouwen waarschijnlijk zeker vreemd (antoniem) Intensi. Betekenis van vertrouwd persoon Betekenis: • Op iemand staatmaak, reken of steun; glo in die betroubaarheid van 'n persoon of saak. Gebruik: • Kan ek jou vertrou? • Sal jy die polisie vertrou met jou vuurwapen? Spreekwoord: • Soos die waard is, vertrou hy sy gaste. [n Mens beoordeel 'n ander na jouself.] Antoniem: • wantrou Afgelei: • vertroue • vertroubaar.
    betekenis van vertrouwd persoon